4 sjalotjes, gesnipperd
1 stengel citroengras, gehakt
25 g laos, gehakt
4 kemirie- of macademianoten, geroosterd
4 gedroogde chilipepers, in warm water geweekt tot ze zacht zijn, uitgelekt, zonder zaad, gehakt
1 tl garnalenpasta
1-2 tl kurkumapoeder
2,5 dl santen
1 el donkere sojasaus
2 tl palmsuiker
450 g verse makreel, schoongemaakt, met een vork fijngemaakt
4-5 kaffir-limoenblaadjes (djeruk purut)
2 eieren, licht geklopt
Peper en zout
12 bananenbladeren, in stukken van 20 x 20 cm
Cocktailprikkers
2 limoenen, in vieren, en chili- of pindasambal voor erbij
- Maal in een vijzel of keukenmachine sjalotjes, citroengras, laos, kemirie en chilipepers tot een pasta. Klop de garnalenpasta en kurkuma erdoor en roer dan de santen, sojasaus en suiker er goed door.
- Doe de makreel en in reepjes gesneden kaffir-limoenblaadjes in een kom. Schenk de gekruide kokosmelk en de geklopte eieren erbij. Breng op smaak met peper en zout. Leg de vis voorzichtig in het mengsel en bedek hem met de saus.
- Leg een vierkant stuk bananenblad op een werkvlak. Schep 2 el vismengsel net naast het midden en vouw de zijkanten erover. Laat wat ruimte vrij voor het uitzetten. Rijg een cocktailprikker door de uiteinden van het blad om ze vast te zetten en herhaal met de rest van het mengsel.
- Verwarm de oven voor op 200 °C of laat een houtskoolgrill heet worden. Zet de viskoekjes 30 minuten in de oven of gril ze 15 minuten per kant.
- Serveer de viskoekjes in het bananenblad en geef er partjes limoen bij. Laat iedereen zelf zijn blad openen, wat limoensap op de viskoekjes druppelen en ze dan in de sambal dopen.